Klok stilgezet, deur van gedachten achter mij dicht.
Over de afgrond daalt een zingende brug.
Ontraadseld keer ik weer naar de zachtste plek
in mijn geheugen terug: jouw naam.
Ik kende nauwelijks je naam toen jij me vroeg
sinds jij me vroeg wie’k ben en waarom
besta ik niet meer buiten jou om.
Naam die geen naam is jij leve hoog,
jij leve hoog, dit huis zij vol van jouw stem.
onze ziel zij vol van jouw stem,
ons lichaam licht van jouw licht
jouw naam, de weg die wij gaan.
Jij onuitsprekelijke, God van mensen is jouw naam.
Stem die mij roept,
waar is je broeder is je naam.
Als ik nog niet geboren was,
zou ik geboren willen worden
als ik nog niet was gemaakt,
zou ik gemaakt willen worden
door jou.
Als ik nog nooit jouw naam had gehoord,
zou jij mij roepen,
zou je mij zoeken,
zou je mij geven drinken en eten,
zou je je leven delen met mij?
Klok stilgezet, deur van gedachten achter mij dicht.
Over de afgrond daalt een zingende brug.
Ontraadseld keer ik weer naar de zachtste plek
In mijn geheugen terug: jouw naam.
Hier kunt u content plaatsen.
Tekst: Huub Oosterhuis